Herhaling Grieks klas 3

Herhaling Grieks klas 3

3rd Grade

5 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Connecteurs & conjonctions

Connecteurs & conjonctions

3rd Grade

10 Qs

traplopen

traplopen

2nd - 3rd Grade

10 Qs

werkwoord Disco

werkwoord Disco

3rd - 4th Grade

10 Qs

Groep 5 Themawoorden thema 6 week 2

Groep 5 Themawoorden thema 6 week 2

3rd Grade

10 Qs

P1 / P2

P1 / P2

1st - 5th Grade

10 Qs

Waarom, wie en wat

Waarom, wie en wat

KG - University

10 Qs

Naamvallen

Naamvallen

3rd Grade

6 Qs

4 vwo TT Kapitel 2 WL1 DN

4 vwo TT Kapitel 2 WL1 DN

1st - 10th Grade

10 Qs

Herhaling Grieks klas 3

Herhaling Grieks klas 3

Assessment

Quiz

World Languages

3rd Grade

Hard

Created by

Evie van Glabbeek

Used 1+ times

FREE Resource

5 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 5 pts

In welke naamval staat λιμενος?

nominativus

genitivus

dativus

accusativus

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 5 pts

Vertaal: αὐτον βλεπομεν

hij ziet ons

jullie zien hem

hij ziet hem

wij zien hem

3.

FILL IN THE BLANK QUESTION

1 min • 5 pts

Vertaal: αὐταις λεγεις

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 5 pts

Welke naamval kan je vertalen met 'door'?

nominativus

genitivus

dativus

accusativus

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 5 pts

Vertaal: εἰς τον του τεκνου ἀδελφον

Naar de broer van het kind

Naar het kind van de broer