Schaarste, Geld en Handel en verdieping Geld

Schaarste, Geld en Handel en verdieping Geld

4th Grade

29 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

MASK 1405

MASK 1405

4th Grade

28 Qs

Ha4 Ma H5 Verzorgingsstaat 1-4

Ha4 Ma H5 Verzorgingsstaat 1-4

4th Grade

32 Qs

M3_H1_D

M3_H1_D

1st - 10th Grade

26 Qs

Mavo 4 H1-H3

Mavo 4 H1-H3

4th Grade

30 Qs

Criminaliteit oefenen

Criminaliteit oefenen

4th Grade

32 Qs

Remedial Sejarah Indonesia / XI IPA - IPS

Remedial Sejarah Indonesia / XI IPA - IPS

1st - 10th Grade

25 Qs

CCSS 4º La Tierra

CCSS 4º La Tierra

4th Grade

25 Qs

4to: Repaso capítulo I

4to: Repaso capítulo I

4th Grade

25 Qs

Schaarste, Geld en Handel en verdieping Geld

Schaarste, Geld en Handel en verdieping Geld

Assessment

Quiz

Social Studies

4th Grade

Hard

Created by

Robert van Someren

Used 11+ times

FREE Resource

29 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Stelling: de functies 'betaalmiddel' en 'ruilmiddel' van geld zijn eigenlijk hetzelfde.

Deze stelling is juist

Deze stelling is onjuist

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Schaarste is

spanningsveld tussen onbegrensde behoeften en beperkt aanwezige middelen

spanningsveld tussen beperkte behoeften en onbeperkt aanwezige middelen

dat er weinig van iets is

feit dat middelen gebruikt kunnen worden in verschillende aanwendingsrichtingen

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Een budgetlijn is

lijn van alle mogelijke productcombinaties die maximaal kunnen worden gekocht met een gegeven budget

lijn van alle mogelijke productcombinaties die minimaal kunnen worden gekocht met een gegeven budget

lijn van alle mogelijke productcombinaties die maximaal gekocht kunnen worden, ongeacht of het budget meer of minder wordt

lijn van alle mogelijke productcombinaties die de producent kan produceren, rekening houdend met zijn arbeidsproductiviteit

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

De formule voor een procentuele verandering is

(nieuw-oud)/oud x 100

(oud-nieuw)/nieuw x 100

(deel/geheel) x 100

(nieuw-oud)/nieuw x 100

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

De formule om een indexcijfer uit te rekenen is

jaar/basisjaar x 100

jaar/basisjaar x 100%

basisjaar/jaar x 100

basisjaar/jaar x 100%

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Arbeidsproductiviteit is

de productie per arbeidskracht per tijdseenheid

de productie van een bedrijf per tijdseenheid

de productie per arbeidskracht

de productie die een bedrijf maximaal in een tijdseenheid kan maken

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Specialisatie is

het toeleggen op een afgebakend onderdeel van de productie

een speciale opleiding volgen waardoor je ergens beter in wordt

speciale machines aanschaffen waardoor de arbeidsproductiviteit verhoogd wordt

je op speciale klantengroepen richten waardoor de kosten per product naar beneden kunnen

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?