Grammatica | Ontleden

Grammatica | Ontleden

5th - 8th Grade

20 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

thema 3TA-A, groep 7

thema 3TA-A, groep 7

7th Grade

15 Qs

taal

taal

7th Grade

15 Qs

Trappen van vergelijking Frans Gola

Trappen van vergelijking Frans Gola

KG - Professional Development

24 Qs

Herhaling theorie lezen - De Brug - MAVO & KB 2

Herhaling theorie lezen - De Brug - MAVO & KB 2

5th Grade

15 Qs

Kort en krachtig schrijven

Kort en krachtig schrijven

7th Grade

19 Qs

Werkwoorden in de V.T.

Werkwoorden in de V.T.

4th - 6th Grade

20 Qs

Taalanalyse

Taalanalyse

8th - 12th Grade

15 Qs

Ontleden skivakantie

Ontleden skivakantie

6th Grade

16 Qs

Grammatica | Ontleden

Grammatica | Ontleden

Assessment

Quiz

World Languages

5th - 8th Grade

Medium

Created by

Rob van Beers

Used 220+ times

FREE Resource

20 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

2 mins • 1 pt

Welk zinsdeel is het onderstreepte deel van de zin?


De bakker heeft de broden alsnog kunnen verkopen.

Persoonsvorm

Werkwoordelijk gezegde

Onderwerp

Lijdend voorwerp

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

2 mins • 1 pt

Welk zinsdeel is het onderstreepte deel van de zin?


Tijdens de ouderavond krijgen alle ouders koffie of thee.

Persoonsvorm

Werkwoordelijk gezegde

Onderwerp

Lijdend voorwerp

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

2 mins • 1 pt

Welk zinsdeel is het onderstreepte deel van de zin?


Sinds wanneer heeft elke voetballer een nieuw t-shirt?

Persoonsvorm

Werkwoordelijk gezegde

Onderwerp

Lijdend voorwerp

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

2 mins • 1 pt

Welk zinsdeel is het onderstreepte deel van de zin?


Mijn moeder heeft voor de visite een cake gebakken.

Persoonsvorm

Werkwoordelijk gezegde

Onderwerp

Lijdend voorwerp

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

2 mins • 1 pt

Welk zinsdeel is het onderstreepte deel van de zin?


De heksen toveren de prins om in een kikker.

Persoonsvorm

Werkwoordelijk gezegde

Onderwerp

Lijdend voorwerp

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

2 mins • 1 pt

Welk zinsdeel is het onderstreepte deel van de zin?


Ik wil een nieuwe outfit voor het feest morgen.

Persoonsvorm

Werkwoordelijk gezegde

Onderwerp

Lijdend voorwerp

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

2 mins • 1 pt

Welk zinsdeel is het onderstreepte deel van de zin?


Heeft Tom de kartonnen doos hier neergezet?

Persoonsvorm

Werkwoordelijk gezegde

Onderwerp

Lijdend voorwerp

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?