past simple and past continuous

past simple and past continuous

5th - 9th Grade

6 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Writing 3TL

Writing 3TL

6th Grade

5 Qs

Vocabulary Units 1+2

Vocabulary Units 1+2

1st - 10th Grade

10 Qs

Anglofielen

Anglofielen

6th Grade

10 Qs

past simple and continuous

past simple and continuous

1st - 12th Grade

9 Qs

OEFENTOETS NEDERLANDS kort

OEFENTOETS NEDERLANDS kort

8th Grade

7 Qs

H4 No place like home grammar quizs

H4 No place like home grammar quizs

1st Grade - University

6 Qs

groove.me oefenen song 4

groove.me oefenen song 4

1st - 5th Grade

10 Qs

IT Functiehuis Quiz

IT Functiehuis Quiz

KG - Professional Development

10 Qs

past simple and past continuous

past simple and past continuous

Assessment

Quiz

English

5th - 9th Grade

Hard

Used 107+ times

FREE Resource

6 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

10 sec • 1 pt

Als 'yesterday' in een zin staat, heb je ALTIJD te maken met de past simple.
juist
onjuist

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

10 sec • 1 pt

Bij de past continuous gebruik je altijd een vorm van 'to be'.
juist
onjuist

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

10 sec • 1 pt

... ago, in ... en last month zijn signaalwoorden voor de past simple.
juist
onjuist

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

10 sec • 1 pt

Als er twee gebeurtenissen in de zin staan is staat 1 gebeurtenis in de past simple en de andere in de past continuous
juist
onjuist

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

10 sec • 1 pt

Bij de past simple moet je '(e)d' achter het werkwoord zetten.
juist
onjuist

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

10 sec • 1 pt

Er zijn ook werkwoorden die je niet in de past continuous kan zetten. 'know' is hier een voorbeeld van.
juist
onjuist