Begrippenlijst kgt-1A – Hoofdstuk 3 Leven met het geloof

Arabische wereld

• gebied met Arabische cultuur

• gebied met Europese cultuur

• gebied met Aziatische cultuur

• gebied met Afrikaanse cultuur

wereldgodsdienst

• een godsdienst die zich over grote delen van de wereld verspreid heeft

• een lokale godsdienst met beperkte aanhangers

• een godsdienst die alleen in één land voorkomt

• een godsdienst die geen invloed heeft op andere culturen

horige

• halfvrije boer

• vrije boer

• landbouwer

• arbeider

priester

• lage geestelijke die de leiding heeft over een groep gelovigen

• hooggeplaatste religieuze autoriteit

• persoon die rituelen uitvoert zonder religieuze opleiding

• individu die zich bezighoudt met spirituele meditatie

non

• geestelijke vrouw die in een klooster leeft

• vrouwelijke monnik die in de natuur leeft

• vrouw die in een stad woont en werkt

• vrouw die zich bezighoudt met kunst en cultuur

adel

• groep aanzienlijke personen met voorrechten in de samenleving

• een groep mensen die in armoede leeft

• een organisatie voor sociale rechtvaardigheid

• een politieke partij die zich richt op jongeren

symbool

• een teken dat niets betekent

• woorden, gebaren of voorwerpen met een speciale betekenis

• een soort muziek

• een kleur zonder betekenis

ridder

• militair te paard

• boer

• koopman

• ambtenaar

monnik

• geestelijke man die afgescheiden van de samenleving in een klooster leeft

• een persoon die in de stad woont en werkt

• een leraar die lesgeeft aan kinderen

• een kunstenaar die schilderijen maakt

islam

• godsdienst van de moslims

• een soort van meditatie

• een oude traditie van de Romeinen

• een filosofische stroming