graag/niet graag

Maak een goede zin.
Sleep de woorden naar de juiste plaats.

• vroeg

• slaap

• .

• ik

• graag

Maak een goede zin.
Sleep de woorden naar de juiste plaats.

• .

• niet

• fietst

• jij

• graag

Maak een goede zin.
Sleep de woorden naar de juiste plaats.

• .

• wij

• eten

• bananen

• graag

Maak een goede zin.
Sleep de woorden naar de juiste plaats.

• zij

• niet

• graag

• drinken

• wijn.

Maak een goede zin.
Sleep de woorden naar de juiste plaats.

• je

• naar

• school.

• gaat

• graag

Maak een goede zin.
Sleep de woorden naar de juiste plaats.

• chocolade

• graag

• hij

• wil

• .

Maak een goede zin.
Sleep de woorden naar de juiste plaats.

• jullie

• .

• dansen

• niet

• graag

Maak een goede zin.
Sleep de woorden naar de juiste plaats.

• zwemt

• Hagosa

• graag

• .

Maak een goede zin.
Sleep de woorden naar de juiste plaats.

• .

• niet

• Jawad

• loopt

• graag

Maak een goede zin.
Sleep de woorden naar de juiste plaats.

• De schapen

• het

• graag

• eten

• gras.