Een lineair verband:
Stel de formule op van de waterhoogte h in cm t minuten na het openen van de kraan.
HAH3 een lineaire formule bij tekst
Quiz
•
Mathematics
•
10th Grade
•
Hard
Jeske le Clercq
Used 1+ times
FREE Resource
10 questions
Show all answers
1.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
1 min • 1 pt
Een lineair verband:
Stel de formule op van de waterhoogte h in cm t minuten na het openen van de kraan.
h=at+b
t=ah+b
y=ah+t
Answer explanation
'de formule van h' dus de h komt dan aan de linkerkant te staan. (op de plaats van de y)
2.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
1 min • 1 pt
wat is de richtingscoëfficiënt in
B=3-0,5q
-0,5
0,5
2,5
3
3.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
1 min • 1 pt
de waterhoogte is 120 cm. het waterpeil daalt lineair met 2 cm per minuut.
h is waterhoogte in cm, t is tijd in minuut
h=2t+120
h=-2t+120
h=120t+2
h=-120t+2
Answer explanation
daalt dus de rc is negatief
4.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
1 min • 1 pt
wat is de richtingscoëfficiënt in
N=t-2
1
2
-2
kun je niet weten
Answer explanation
rc is het getal voor de letter in dit geval de t.
als er t staat kun je ook 1t denken.
5.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
1 min • 1 pt
welke formule hoort hier bij
K=-2q+10
q=-2K+10
q=2K+10
K=2q+10
Answer explanation
verticale as staat K dus K aan linkerkant. verder is het een stijgende lijn dus getal voor de q (rc) is positief
6.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
1 min • 1 pt
een parachutist opent haar parachute op 600 meter hoogte en daalt met een snelheid van 18 km/uur. De formule van de hoogte h in meter t seconden na het openen van de parachute
h = 18t + 600
h = -18t + 600
h = 600t + 18
het juiste antwoord staat er niet bij
Answer explanation
daalt dus een negatieve richtingscoëfficiënt. maar daalt in km/uur en de eenheid moet meter en seconde zijn. dus 18 is niet het goede antwoord
7.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
1 min • 1 pt
De gemiddelde lengte van volwassen vrouwen in Nederland is in 20 jaar tijd met 6 mm toegenomen. Ga uit van een lineair verband met L in cm en t in jaar.
Wat is de richtingscoëfficiënt?
Answer explanation
6 mm per 20 jaar dus 6 delen door 20. maar omdat de eenheid cm is moet je eerst die 6 mm omrekenen naar cm dus 0,6 cm delen door 20
15 questions
Wis4_M04_Goniometrische getallen
Quiz
•
10th Grade
9 questions
H/V 1 Hoeken
Quiz
•
7th - 12th Grade
15 questions
4KGT H7 Verbanden - soorten en grafieken
Quiz
•
8th - 10th Grade
12 questions
3 Havo
Quiz
•
1st - 10th Grade
6 questions
eerstegraadsfuncties
Quiz
•
9th - 10th Grade
12 questions
KLA5 Kansrekenen
Quiz
•
9th - 12th Grade
11 questions
H6 Pythagoras 2TH (start DT)
Quiz
•
9th - 11th Grade
15 questions
Getallen (soorten, rang)
Quiz
•
10th Grade
25 questions
Equations of Circles
Quiz
•
10th - 11th Grade
30 questions
Week 5 Memory Builder 1 (Multiplication and Division Facts)
Quiz
•
9th Grade
33 questions
Unit 3 Summative - Summer School: Immune System
Quiz
•
10th Grade
10 questions
Writing and Identifying Ratios Practice
Quiz
•
5th - 6th Grade
36 questions
Prime and Composite Numbers
Quiz
•
5th Grade
14 questions
Exterior and Interior angles of Polygons
Quiz
•
8th Grade
37 questions
Camp Re-cap Week 1 (no regression)
Quiz
•
9th - 12th Grade
46 questions
Biology Semester 1 Review
Quiz
•
10th Grade