Versnelling bij optrekken
Een auto trekt met een constant vermogen op.
Wat gebeurt er met de versnelling van de auto als alle weerstandskrachten worden verwaarloosd?
Arbeid en Energie (NIL)
Quiz
•
Physics
•
10th - 12th Grade
•
Hard
Jan Chris van Osnabrugge
Used 7+ times
FREE Resource
9 questions
Show all answers
1.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
3 mins • 5 pts
Versnelling bij optrekken
Een auto trekt met een constant vermogen op.
Wat gebeurt er met de versnelling van de auto als alle weerstandskrachten worden verwaarloosd?
Die zal steeds kleiner worden
Die zal gelijk blijven
Die zal steeds groter worden
Er zijn onvoldoende gegevens om hierover een uitspraak te doen
Answer explanation
Het vermogen wordt gegeven door het product van kracht en snelheid (P = F x v). Als de snelheid toeneemt, zal de kracht dus afnemen en uit de tweede wet van Newton volgt dat de versnelling dan ook afneemt.
2.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
3 mins • 5 pts
Kogels in goten 1
Boven drie goten K, L en M bevinden zich drie kogels P, Q en R met gelijke massa’s. De kogels worden op gelijke hoogte boven de grond losgelaten. Na de goten doorlopen te hebben, verlaten de kogels deze in horizontale richting. De weerstand tussen de kogels en de goten mag verwaarloosd worden, evenals de luchtweerstand.
Hoe groot is de verhouding van de snelheden van de kogels P, Q en R bij het verlaten van de goten?
1 : 1 : 1
3 : 2 : 1
√3 : √2 : 1
9 : 4 : 1
Answer explanation
De zwaarte-energie wordt omgezet in kinetische energie. Het doorlopen hoogteverschil is evenredig met het kwadraat van de snelheid, dus de snelheid is evenredig met de wortel van het doorlopen hoogteverschil.
We houden geen rekening met de rotatie-energie van de kogel
3.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
3 mins • 5 pts
Kogels in goten 2
Boven drie goten K, L en M bevinden zich drie kogels P, Q en R met gelijke massa’s. De kogels worden op gelijke hoogte boven de grond losgelaten. Na de goten doorlopen te hebben verlaten de kogels deze in horizontale richting. De weerstand tussen de kogels en de goten mag verwaarloosd worden, evenals de luchtweerstand.
Wat is de verhouding van de snelheden van de kogels P, Q en R bij het neerkomen op de grond?
1 : 1 : 1
3 : 2 : 1
√3 : √2 : 1
9 : 4 : 1
Answer explanation
De hoogte-energie wordt omgezet in kinetische energie. Voor de drie kogels geldt dat ze hetzelfde hoogteverschil doorlopen dus zullen ze dezelfde snelheid hebben (echter niet dezelfde richting)
We houden geen rekening met de rotatie-energie van de kogels
4.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
3 mins • 5 pts
Bal vasthouden
Jan houdt een bal van 10 kg vast op een constante hoogte van 1,2 m. Jan wordt na enige tijd wel moe.
Dat komt omdat:
de zwaartekracht een arbeid van 1,2 kJ levert (neem g = 10 m/s2)
Jan een arbeid van 1,2 kJ levert.
Jan’s spieren voortdurend in actie moeten zijn
Answer explanation
Noch Jan, noch de zwaartekracht leveren arbeid. Er is namelijk geen verplaatsing die door een kracht wordt veroorzaakt. Jan's spieren moeten wel in actie zijn om de bal op zijn plaats te houden; daarom wordt hij moe.
5.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
3 mins • 5 pts
Skateboard
Je zit op een skateboard en je beweegt van punt P naar punt Q
Welke krachten verrichten arbeid tijdens deze beweging?
De middelpuntzoekende kracht en de weerstandskracht
De zwaartekracht en de weerstandskracht.
De normaalkracht en de weerstandskracht
De zwaartekracht en de middelpuntzoekende kracht
Answer explanation
De middelpuntzoekende kracht en de normaalkracht staan loodrecht op de beweging en verrichten daarom geen arbeid. De zwaartekracht en de weerstandskracht verrichten wel arbeid.
6.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
3 mins • 5 pts
Skiër
Een skiër van 100 kg glijdt over een piste en legt daarbij 1550 meter af. Als de skiër is aangekomen is hij 250 meter gedaald. Neem g = 10 m/s2. Hoeveel arbeid heeft de zwaartekracht verricht?
250 kJ
-250 kJ
1550 kJ
Niet de zwaartekracht, maar de skiër heeft arbeid verricht
Answer explanation
Als de zwaartekracht arbeid verricht, is alleen het hoogteverschil van belang. In dit geval dus 250 meter. Samen met de 100 kg en de g van 10 m/s2 levert dit antwoord A.
Antwoord C wordt verkregen als de afgelegde weg van 1550 meter gebruikt wordt.
7.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
3 mins • 5 pts
Eén op hoeveel?
Een auto rijdt 100 km lang met een constante snelheid van 100 km/h over een horizontale weg van A naar B. Het benzinegebruik bedraagt 8,0 L.
De rit wordt herhaald met een snelheid van 140 km per uur.
De luchtweerstand is evenredig met het kwadraat van de snelheid. Verwaarloos de rolweerstand.
Hoeveel benzine wordt er dan gebruikt?
8,0 L
11,2 L
16,0 L
Is niet te bepalen met de gegeven grootheden
8.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
3 mins • 5 pts
Vallende bal
Een stalen bal van 2,0 kg valt met een constante snelheid door een vloeistof. Hij valt 2,5 m. Neem g =10 m/s2.
Hoe groot is de totale arbeid op de stalen bal?
0 J
50 J
-50 J
100 J
Answer explanation
De zwaarte-energie wordt omgezet in kinetische-energie en warmte. Zowel de stalen bal als de vloeistof worden dus warmer. De arbeid die de zwaartekracht verricht is het product van massa, valversnelling en hoogteverschil. Dat is met deze gegevens 50 J. De arbeid is positief want de verplaatsing heeft dezelfde richting als de zwaartekracht. De weerstandskracht is tijdens deze beweging gelijk aan de zwaartekracht (de snelheid is immers constant) en zal dus ook 50 J aan arbeid verrichten. Het is echter en negatief getal, want de weerstandskacht is tegengesteld aan de bewegingsrichting.
9.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
3 mins • 5 pts
Veer
Je rekt een ideale veer 10 cm uit. De arbeid die je daarvoor moet verrichten is
0,10 J.
Hoeveel arbeid moet je verrichten om de veer vervolgens nog 10 cm verder uit te rekken?
0,10 J
0,20 J
0,30 J
0,40 J
Answer explanation
De arbeid die je moet verrichten om een veer uit te rekken is evenredig met het kwadraat van de uitrekking. Een 2 keer zo grote uitrekking betekent 4x zoveel arbeid. er is 0,40 J nodig, dus er moet nog 0,30 J arbeid bij.
14 questions
Elektriciteit Meerkeuze
Quiz
•
10th Grade
12 questions
Havo 3 H3 Energie nova
Quiz
•
1st - 12th Grade
14 questions
H8.Licht-Zien-Nova-2eklas
Quiz
•
3rd Grade - University
12 questions
H7.P1&P2.Nova2.Geluid.mhv
Quiz
•
4th - 10th Grade
11 questions
Straling VMBO-t 3
Quiz
•
9th - 10th Grade
12 questions
Het Weer 3VMBO-t
Quiz
•
9th - 10th Grade
14 questions
Basisvaardigheden
Quiz
•
11th Grade
10 questions
Wet van Pouillet en temperatuurscoëfficiënt
Quiz
•
10th Grade
15 questions
Multiplication Facts
Quiz
•
4th Grade
25 questions
SS Combined Advisory Quiz
Quiz
•
6th - 8th Grade
40 questions
Week 4 Student In Class Practice Set
Quiz
•
9th - 12th Grade
40 questions
SOL: ILE DNA Tech, Gen, Evol 2025
Quiz
•
9th - 12th Grade
20 questions
NC Universities (R2H)
Quiz
•
9th - 12th Grade
15 questions
June Review Quiz
Quiz
•
Professional Development
20 questions
Congruent and Similar Triangles
Quiz
•
8th Grade
25 questions
Triangle Inequalities
Quiz
•
10th - 12th Grade
40 questions
Week 4 Student In Class Practice Set
Quiz
•
9th - 12th Grade
40 questions
SOL: ILE DNA Tech, Gen, Evol 2025
Quiz
•
9th - 12th Grade
20 questions
NC Universities (R2H)
Quiz
•
9th - 12th Grade
25 questions
Triangle Inequalities
Quiz
•
10th - 12th Grade
10 questions
Right Triangles: Pythagorean Theorem and Trig
Quiz
•
11th Grade
46 questions
Biology Semester 1 Review
Quiz
•
10th Grade
65 questions
MegaQuiz v2 2025
Quiz
•
9th - 12th Grade
10 questions
GPA Lesson
Lesson
•
9th - 12th Grade