Poser une question 3tl

Maak vragend op twee andere manieren:

Quand tu pars au collège?

Welke vragen in het Frans zijn correct? Meerdere antwoorden mogelijk!

• Pourquoi est-ce que tu manges du chocolat?

• Tu manges du chocolat pourquoi?

• Pourquoi manges-tu du chocolat?

• Pourquoi tu manges du chocolat?

Vertaal: qu'est-ce que tu veux devenir plus tard?

• Wat heb jij op je t-shirt staan?

• Wat wil jij later worden?

• Wat ben jij aan het doen?

• Welk vakken ga jij kiezen in klas 4?

Vertaal: je veux devenir moniteur de sport plus tard.

• Ik wil later veel gaan sporten.

• Ik ga morgen naar de monitor.

• Ik wil later veel geld verdienen.

• Ik wil later sportinstructeur worden.

Noem 2 beroepen in het Frans. Noteer ook het lidwoord!

Maak vragend op 2 andere manieren:

Nous écoutons de la musique?

• Écoutons-nous de la musique?

• Où vas-tu en vacances?

• Vous écoutez de la musique?

• Est-ce que nous écoutons de la musique?

Vertaal: welke vakken zijn verplicht voor dit beroep?