Surplus

Het consumentensurplus bedraagt ...

• 500

• 400

• 300

• 200

Het producentensurplus bedraagt ...

• 800

• 700

• 600

• 500

Het consumentensurplus wordt weergegeven door ..

• Driehoek A

• Driehoek B

• Driehoek C

• Driehoek D

Het producentensurplus wordt weergeven door ...

• Driehoek A

• Driehoek B

• Driehoek C

• Driehoek D

Het verlies aan surplus bij een minimumprijs wordt weergegeven door oppervlakte ... (kies een letter)

Het surplus dat van de consument naar de producent gaat bij een minimumprijs wordt weergegeven door oppervlakte ... (kies een letter)

Het consumentensurplus bedraagt hier .. (afgerond) op een veelvoud van 100

Het producentensurplus bedraagt hier .... (afgerond op een veelvoud van 50)

Het consumentensurplus bedraagt hier? (afronden op veelvouden van 25)

Het producentensurplus bedraagt hier? (afronden op een veelvoud van 25)