Werkwoordspelling t.t.

Werkwoordspelling t.t.

9th Grade

35 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

V3 Taalverzorging: formuleren en spelling

V3 Taalverzorging: formuleren en spelling

1st Grade - Professional Development

34 Qs

De variatie Quizzz

De variatie Quizzz

4th - 9th Grade

35 Qs

Tebbie nou dan?

Tebbie nou dan?

4th - 12th Grade

35 Qs

Nieuw Nederlands H4 KGT

Nieuw Nederlands H4 KGT

1st - 12th Grade

40 Qs

Vaktheorie Keuken: Gang 1.

Vaktheorie Keuken: Gang 1.

KG - University

30 Qs

Herkansing Trede 5 Oranje

Herkansing Trede 5 Oranje

7th - 10th Grade

40 Qs

Verbanden en signaalwoorden H3

Verbanden en signaalwoorden H3

KG - Professional Development

30 Qs

De Grote Begrijpend Lezen quiz!!

De Grote Begrijpend Lezen quiz!!

1st - 12th Grade

32 Qs

Werkwoordspelling t.t.

Werkwoordspelling t.t.

Assessment

Quiz

Other

9th Grade

Medium

CCSS
L.9-10.4B, L.11-12.4B, RF.1.3F

+1

Standards-aligned

Created by

Saida van Til

Used 16+ times

FREE Resource

35 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

1 min • 1 pt

Media Image
Welk werkwoord hoort in de zin?
Mijn neef ________ mijn ouders een cadeau.
geeft
geef
geevt
geven

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

1 min • 1 pt

Media Image
Welk werkwoord hoort in de zin?
Mijn ouders ________ mijn neef een cadeau.
geeft
geeven
geefen
geven

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

1 min • 1 pt

Media Image
Welk werkwoord hoort in de zin?
Wij _________ door de straten.
zwerfen
zwerven
zwerve
zwerfe

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

1 min • 1 pt

Media Image
Welk werkwoord hoort in de zin?
Er ____________ heel wat mensen op planeet Aarde.
leeven
leven
lefen
leefen

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

1 min • 1 pt

Media Image
Welk werkwoord hoort in de zin?
Het jongetje ____________ over het internet.
surft
surfen
surf
surfd

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

1 min • 1 pt

Media Image
Welk werkwoord hoort in de zin?
Het hondje __________ naar de postbode.
blafd
blaft
blavt
blafft

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

1 min • 1 pt

Media Image
Welk werkwoord hoort in de zin?
Jari en Lisa __________ in het zwembad.
drijven
drijfen
dreiven
dreifen

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?