Kennisbasis Domein D E F
Quiz
•
Biology
•
10th - 11th Grade
•
Medium
Used 119+ times
FREE Resource
36 questions
Show all answers
1.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
30 sec • 1 pt
D1
Lees het artikel in de afbeelding.
McGraw heeft geconstateerd dat de oude zaden andere genen bezitten dan nauw verwante soorten die nu leven.
Enkele factoren die een rol spelen in ecosystemen, zijn:
1 mutaties,
2 concurrentie,
3 veranderingen van abiotische factoren.
Welke van deze factoren kunnen hebben bijgedragen tot het ontstaan van een verschil in genensamenstelling tussen de "levende fossielen" en de tegenwoordige planten?
alleen factor 1 en 2
alleen factor 2 en 3
alleen factor 1 en 3
factor 1, 2 en 3
2.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
30 sec • 1 pt
D1
Er is een populatie dieren waarvan het aantal in elke generatie gelijk blijft. In deze populatie treedt een erfelijke verandering op, waardoor een bepaald dominant allel ontstaat. Dit dominante allel heeft tot gevolg dat de drager ervan gemiddeld 1 % meer nakomelingen krijgt dan een individu dat dit allel niet heeft. Dit allel komt aanvankelijk voor bij 0,1 % van de individuen. De grafieken in bron 1 geven weer hoeveel procent van de populatie dit allel bezit na een aantal generaties.
Hoe noemt men het proces waarbij individuen met het beschreven dominante allel een steeds groter percentage van de populatie gaan uitmaken?
natuurlijke selectie
modificatie
mutatie
successie
3.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
30 sec • 1 pt
D1
Twee uitspraken over het ontstaan van nieuwe soorten:
Uitspraak 1: Er is sprake van twee nieuwe soorten als twee groepen organismen niet meer in staat zijn onderling voort te planten
Uitspraak 2: Bij het ontstaan van nieuwe soorten is het belangrijk dat een groep organismen geisoleerd raakt van een andere groep soortgenoten
Alleen uitspraak 1 is juist
Alleen uitspraak 2 is juist
Beide uitspraken zijn juist
Beide uitspraken zijn onjuist
4.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
30 sec • 1 pt
D1
Een groot aantal individuen van een bepaalde insectensoort heeft zich vanaf het jaar 1800 verspreid over vier eilanden (zie afbeelding 8). Tussen de eilanden vindt geen uitwisseling plaats van individuen.
Van de eilanden is het volgende bekend
– De eilanden 1, 2, 3 en 4 liggen op dezelfde afstand van de kust.
– De eilanden 1, 3 en 4 zijn wat betreft begroeiing en weersomstandigheden vergelijkbaar met het vasteland.
– Eiland 2 is rotsig en kaal, terwijl de eilanden 1, 3 en 4 begroeid zijn.
– Bij de pijlen staan de jaartallen waarop de insecten zich hebben gevestigd op dat eiland.
Op welk eiland zijn de verschillen in genotypen het grootst tussen de individuen van de nieuwe en van de oorspronkelijke insectenpopulaties?
eiland 1
eiland 2
eiland 3
eiland 4
5.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
30 sec • 1 pt
D2
Darwin gebruikte bij het opstellen van zijn evolutietheorie het begrip 'survival of the fittest'. Deze uitdrukking wordt meestal vertaald met 'het overleven van de sterksten'.
Welke van de onderstaande individuen worden in deze uitdrukking bedoeld met 'de sterksten'?
De individuen bij wie de verhouding oppervlakte/inhoud het grootst is.
De individuen die de meeste kracht kunnen leveren.
De individuen die de meeste nakomelingen krijgen.
De individuen die het langste leven.
De individuen van de soorten die boven in de voedselpiramide staan.
6.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
30 sec • 1 pt
D2
Als een populatie te klein wordt, neemt de overlevingskans van de populatie sterker af dan op grond van het probleem van paarvorming mag worden verwacht.
Waardoor neemt de kans op overleven af als de populatie kleiner wordt?
een kleine populatie heeft een kleine genetische variatie
een kleine populatie heeft meer emigratie dan immigratie
een kleine populatie is een eenvoudige prooi voor roofdieren
een kleine populatie wordt makkelijk weggeconcurreerd
7.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
30 sec • 1 pt
D2
In een bepaalde populatie komen ongeveer evenveel slakken met lichtgekleurde huisjes voor als slakken met donkergekleurde huisjes. De kleur van de huisjes is erfelijk bepaald. Door een verandering in de omgeving wordt de ondergrond waarop ze leven donkerder. Vogels eten daardoor slakken met lichte huisjes eerder op dan die met donkere. Na een paar generaties blijken er in die populatie bijna geen slakken met lichte huisjes meer te zijn.
Is er in deze populatie sprake van selectie?
nee
ja, van natuurlijke selectie
ja, van kunstmatige selectie
Create a free account and access millions of resources
Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports

Continue with Google

Continue with Email

Continue with Classlink

Continue with Clever
or continue with

Microsoft
%20(1).png)
Apple

Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?
Similar Resources on Wayground
39 questions
El Universo
Quiz
•
7th - 12th Grade
37 questions
Transport bloed(vaten)
Quiz
•
11th - 12th Grade
35 questions
La història de la Terra
Quiz
•
10th Grade - University
35 questions
Reposición Caracteristicas de seres vivos
Quiz
•
10th Grade
34 questions
Chapter 6 TEST Review #1
Quiz
•
9th - 12th Grade
36 questions
La cèl·lula
Quiz
•
10th Grade
31 questions
Protista
Quiz
•
9th - 10th Grade
40 questions
Year End Science 10 Biology Review
Quiz
•
10th Grade
Popular Resources on Wayground
20 questions
Brand Labels
Quiz
•
5th - 12th Grade
10 questions
Ice Breaker Trivia: Food from Around the World
Quiz
•
3rd - 12th Grade
25 questions
Multiplication Facts
Quiz
•
5th Grade
20 questions
ELA Advisory Review
Quiz
•
7th Grade
15 questions
Subtracting Integers
Quiz
•
7th Grade
22 questions
Adding Integers
Quiz
•
6th Grade
10 questions
Multiplication and Division Unknowns
Quiz
•
3rd Grade
10 questions
Exploring Digital Citizenship Essentials
Interactive video
•
6th - 10th Grade
Discover more resources for Biology
20 questions
Cell organelles and functions
Quiz
•
10th Grade
16 questions
AP Biology: Unit 1 Review (CED)
Quiz
•
9th - 12th Grade
20 questions
Macromolecules
Quiz
•
10th Grade
16 questions
AP Biology: Unit 2 Review (CED)
Quiz
•
9th - 12th Grade
20 questions
Cell Transport
Quiz
•
9th - 12th Grade
22 questions
AP Bio Insta-Review Topic 2.1*: Cell Structure - Subcellular Com
Quiz
•
9th - 12th Grade
10 questions
Quick10Q: Organelles
Quiz
•
9th - 12th Grade
15 questions
DNA Structure and Function
Quiz
•
10th Grade