Klare taal les 1-10

Wat zijn cijfers?

• Alles van 1 tot 20

• Alles van 1-9

• Alles van 1-100

• Alles van 1-10

In welk antwoord staan alleen klinkers?

• a-b-c-d-e-f-g-h-i-j-k-l

• b-c-d-f-g-h-k-l-m

• a-e-u-i-o-y

• a-f-t-e-u-i-o-y

Wat is een goede zin?

• hij loopt naar huis

• Hij loopt naar huis

• Hij loopt naar huis.

• Hij loopt naar.

In welk antwoord staat een werkwoord?

• kijker

• kijken

• tegenover

• werker

Waar staat het hele werkwoord?

• loop

• loopt

• loopte

• lopen

Wat is de stam van "schrijven"?

• schrijft

• schrijf

• schrijven

• pen

Wat is goed?

• ik loop

• ik loopt

• wij loopt

• u lopen

Wat is een vraagzin?

• Wij gaan voetballen.

• Gaan wij voetballen.

• Gaan wij voetballen!

• Gaan wij voetballen?

Jan schreeuwt door de klas. _____________ toch eens stil!

• Zijn

• Is

• ben

• Ben

Thesar en Temesgen gaan verhuizen. __________ gaan in Helmond wonen.

• Hij

• Jullie

• Zij

• Wij