Duits signaalwoorden functies 1

Welk signaal woord geeft een opsomming aan?

• stattdessen
• weil
• auch
• folglich

Welk signaal woord geeft geen reden aan?

• während
• darum
• deshalb
• weil

Welk signaal woord geeft een tegenstelling aan?

• dadurch
• zudem
• also
• trotzdem

Welk signaal woord geeft een voorbeeld aan?

• also
• nämlich
• schließlich
• zwar

Welk signaal woord geeft een reden aan?

• deswegen
• schließlich
• obwohl
• und

Welk signaal woord geeft een opsomming aan?

• außerdem
• dagegen
• dadurch
• weil

Welk signaal woord geeft een voorbeeld aan?

• also
• nämlich
• schließlich
• zwar

Welke functie heeft het signaalwoord: stattdessen?

• opsomming
• reden
• tegenstelling
• voorbeeld

Welke functie heeft het signaalwoord: obwohl?

• oorzaak-gevolg
• opsomming
• tegenstelling
• voorbeeld

Welke functie heeft het signaalwoord: jedoch?

• opsomming
• tegenstelling
• oorzaak-gevolg
• reden